Katholieke Encyclopaedie

Uitgeverij Joost van den Vondel (1933-1939)

Gepubliceerd op 04-11-2019

Walvisschen

betekenis & definitie

(Cetacea), een orde van de klasse der zoogdieren; gelijken op visschen; de voorste ledematen zijn in vinnen veranderd, de achterste ledematen ontbreken en worden vervangen door een horizontalen, gespierden, kraakbeenigen staart; vele soorten hebben een rugvin. Kop en romp gaan zonder hals in elkaar over. Oorschelpen ontbreken; de oogen zijn zeer klein. De huid is meestal naakt, alleen de lippen dragen enkele haren.

Onder de huid ligt een dikke speklaag. De w. leven uitsluitend in het water, maar moeten van tijd tot tijd aan de oppervlakte komen, om lucht in te ademen. Zij komen in alle zeeën voor en trekken soms alleen, meestal in paren of troepen, rond. Het voedsel bestaat uit dieren, soms zeer kleine.

Tot deze orde behooren de grootste dieren. Men verdeelt de w. in twee onderorden: die der ➝ tandwalvisschen, waartoe o.a. de dolfijnen behooren, en die der ➝ baardwalvisschen, welke twee families omvat: die der ➝ vinvisschen en die der walvisschen, waarvan de ➝ walvisch weer een geslacht vormt.De walvischvangst werd reeds in de 9e eeuw door de Noren beoefend, later (17e eeuw) ook door de Nederlanders (kleine visscherij). Op Spitsbergen was een kolonie van traankokerijen gevestigd. Men naderde den walvisch met één of twee booten, van waaruit de harpoenier den harpoen in het lichaam van het dier wierp; deze was bevestigd aan een touw, dat met de booten verbonden bleef; door het sleepen der booten werd het dier vermoeid en dan door een sabel of speer gedood. Het doode dier werd dan naar de kust gesleept, waar het ontleed werd. In 1876 werd een bruikbaar harpoenkanon uitgevonden, waarmee een harpoen, aan een kabel met het schip bevestigd, afgeschoten wordt; de harpoen bevat een granaat, die in het lichaam ontploft en het dier doodt. Groote stoomschepen zijn thans als drijvende traanfabrieken ingericht, waarop de traan uit de gevangen dieren bereid wordt en de dieren verder ontleed worden. De voornaamste jachtgebieden zijn de Zuidelijke Ijszee, waar de Noren aan de kusten van Argentinië en Chili op walvisschen jagen, en de Beringzee, waar de vangst door Russen en Japanners in felle concurrentie bedreven wordt.

< >