(Eng.: stipple engraving), eigenlijk geen vorm van gravure maar een vorm van ets; een techniek, die in de 18e eeuw zeer geliefd was, omdat de voorstelling geheel uit fijne stippen werd opgebouwd en hierdoor iets zeer zachts en zoetvloeiends verkreeg. De voorstelling wordt op een voor het etsen van vernis (etsgrond) voorziene plaat met enkel- en meervoudige naaldpunten, met punten bezette wieltjes, enz. aangebracht en dan geëtst. Hierna werkt men die, waar noodig, bij met het graveerijzer of fijne ingeslagen stippen.
Men kan erover van meening verschillen of onder s. alleen moet worden verstaan een uit echte stippels bestaande prent, of dat men een, waarin ook met het graveerijzer kleine puntjes gedreven zijn (strikt genomen korte lijntjes), er ook toe rekenen mag.
Deze laatste methode is zuiver graveerwerk, geen ets, en het eerst toegepast door den graveur Giulio Campagnola omstreeks 1500. Zij is echter zeer zelden toegepast.
Een andere manier heeft men, wanneer inderdaad de stippels in de plaat geslagen worden. Dit zou eigenlijk de zuivere s. zijn, doch daar het een vrijwel eindeloos werk is, werd het nagenoeg nooit gedaan en strekt men die benaming over het zeer veelvuldig gemaakte etswerk uit.
Prenten uit aldus ingedreven stippen (een zuivere goudsmidstechniek eigenlijk) werden door de goudsmeden Kellerdaller en den zoon van den beroemden Nederlandschen goudsmid Lutma wel gemaakt. Deze laatste doopte zijn aldus gemaakte portretten ➝ „opus mallei”. Het zijn portretten van zijn vader en van Vondel, die weinig kunstwaarde bezitten.
Pas door het etsen verkreeg men een stippelbeeld, dat meer bevredigde. Zulke prenten werden vooral door Engelschen en in Engeland werkende vreemdelingen in de 18e eeuw gemaakt. Soms in kleuren, soms in zwart gedrukt, haalden zij ontzaglijk hooge prijzen. Beroemde stippelgraveurs waren Bartolozzi, W. W. Ryland, Thomas Burke, Caroline Watson, Luigi Schiavonetti, P.
W. Tomkins; zij werkten vooral als leveranciers van reproducties naar teekeningen en schilderijen van Reynolds, Hamilton, Wheatley, Hoppner, Gainsborough, enz. Vooral de kleurdrukken zijn veel gezocht. Als prentwerk schat men hun waarde tegenwoordig allesbehalve hoog en men beschouwt ze als een typisch product van een decadenten pruikentijd. Poortenaar.