(Duitsch: Fünfkirchen), autonome stad in Hongarije, hoofdstad van de prov. Baranya; ca. 62 000 inw., behoudens een kleine Duitsche minderheid Hongaarsch en voor bijna 90 % Kath., Prot. 4 % en Isr. 6 %. Bisschopszetel sinds 1009. P. ligt aan den voet van het Secundaire Mecsekgebergte, in de onmiddellijke nabijheid van steenkolenmijnen.
Deze behooren aan de D.G.T., een Oostenrijksche scheepvaartmaatschappij. Er is industrie van handschoenen, porcelein en aardewerk, tabak en machines. Op den vruchtbaren grond in de omgeving bosch- en wijnbouw.Geschiedenis In den Romeinschen tijd was P. onder den naam van Sopianae als Keltische stad bekend. In de vroege M.E. gewaagt men van Quinque Basilicas (vandaar de Duitsche naam Fünfkirchen en de Slavische naam Peutsche )→ Pécs). In 1367 stichtte koning Lodewijk de Groote te P. de eerste Hong. universiteit; deze is in 1526 opgeheven. In 1543 viel de stad in handen der Turken, die er Slaven uit omliggende landen koloniseerden en het Katholicisme tegenwerkten. In 1686 heroverde Lodewijk van Baden de stad, die gerekatholiseerd werd. Zij heeft nog veel te lijden gehad in den vrijheidsstrijd van 1848 en had 1918-’21 een Servische bezetting. In 1923 kreeg P. weer een univ., die de verloren imiv. van Pressburg diende te vervangen. De kathedraal (11e eeuw) geldt als de meest merkwaardige bezienswaardigheid. Zij is een basilicale langbouw met Romaansche stijlelementen in den trant van de Lombardische kerken uit de 11e eeuw; aan de vier hoeken staan 60 m hooge torens. Door brand, verwaarloozing in den Turkschen tijd, verwoestingen tijdens de belegeringen der stad en verbouwing in de i9e eeuw heeft de kerk veel van haar origineelen vorm verloren.
Lit. : Szönyi, Pécs. Sivirsky.