Schilder. * 1434 te Neurenberg, ✝ 30 Nov. 1519 aldaar. Leerling van H.
Pleydenwurf en beïnvloed door Vlaamsche meesters (Rogier van der Weyden, Bouts e.a.). Voornaamste meester der oude Frankische school en leermeester van Dürer.
Hij was zeer productief en schiep vele altaren; in zijn druk beklant atelier werkten talrijke leerlingen en helpers mede. In zijn hoekig geteekende figuren wist hij veel uitdrukking te leggen, daarbij is zijn diep, min of meer somber koloriet uitermate boeiend; een vrome ernst typeert al zijn werk.
Toch leert men hem van zijn sterkste zijde kennen in zijn visionaire landschappen, strak geteekend en donker van kleur. Hij heeft ook veel voor houtsneden geteekend (o.a. de illustraties voor de bekende Hartmann-Schedelchroniek, Neurenberg 1492).
Zijn werk, dat voor een groot deel in dorpskerken van Beieren bewaard wordt, heeft nog niet de bekendheid en vereering gevonden, die het verdient. Schretlen.Lit.: C. Glazer, Altdeutsche Malerei (1924); Katal. d. Dürerausstell. i. germ. Mus. Neurenb. (1928).