Katholieke Encyclopaedie

Uitgeverij Joost van den Vondel (1933-1939)

Gepubliceerd op 22-07-2019

Gouduitvoerverbod

betekenis & definitie

Gouduitvoerverbod - Gouduitvoerverbod is een maatregel van → goudpolitiek, door de betrokken landsregeering genomen, wanneer gebleken is, dat door minder ingrijpende maatregelen van de circulatiebank of van de regeering zelve het doel der goudpolitiek, t.w. de bescherming van de waardevastheid der rekeneenheid, niet of onvoldoende bereikt wordt. In de oorlogsjaren werd dit verbod in vele landen toegepast. Vorstman Goudveil (Chrysosplenium), een plantengeslacht der steenbreekachtigen met 40 soorten, bewoont het Noordelijk halfrond.

Het zijn teere overblijvende kruiden, waarvan 2 soorten in Ned. in het wild worden gevonden, nl. C. altemifolium en C. oppositifolium, beide geel bloeiend en tot 15 cm hoog op vochtige, schaduwrijke plaatsen. Bouman Goudvink (Pyrrhula pyrrhula), vogel, behoorende tot de vinken.

Lengte 16 cm, met staart van 7 cm. Kop fluweelzwart, rug grijs, vleugels zwart met witte dekveeren; over den rug een witte streep, borst, keel en wangen rood, snavel kort, dik.

Het wijfje is op den rug meer bruinachtig en van onderen grijsrood. Broedt in Ned. in O. en Z.

Wordt veel gevangen gehouden, vandaar zeldzaam geworden. Het voedsel bestaat uit zaden, bessen en doppen.

In het voorjaar zijn de g. soms schadelijk, doordat zij dan de knoppen der vruchtboomen afpikken. Bernink Goudvisch (Carassius carassius auratus), aan den steenkarper verwante zoetwatervisch, die in China en Japan sinds onheuglijke tijden wordt gekweekt. Kleur goudgeel, meest met rooden glans, vaak met donkere vlekken.

Deze „King-Jo” der Chineezen is een kweekproduct, dat in de 17e eeuw in Europa werd ingevoerd. De g. is thans over alle landen verbreid, wordt ook in vijvers gehouden en gekweekt, o.a. in Z.

Europa (voortplanting alleen bij voldoende warmte!), vanwaar zij naar Noordelijker landen wordt ingevoerd.Door de teelt ontstane erfelijke afwijkingen zijn de sluierstaart, met sterk ontwikkelde, afhangende vinnen, en de telescoopvisch, met sterk uitpuilende oogkassen. M. Bruna Goudvlieg

1° (Chrysops coecuticus) tweevleugelig insect van de fam. der Tabanidae, lengte 9 mm, monddeelen stekend en zuigend, oogen goudglanzend. Deze soort zuigt honing uit bloemen, maar valt vee aan om bloed te zuigen.
2° (Lucinia sp.) Amer. vliegsoort, die zijn eieren wel legt in wonden of in den neus van menschen. De larven kunnen ver in het lichaam doordringen. Een andere soort veroorzaakt schapenwormziekte. M. Bruna

Goudvlieszwam (Pholiota aurivella), een plaatzwam met een bollen tot platten, goudgelen hoed van 6-10 cm doorsnede, op een dikken, hollen steel met een ring. De onderzijde van den hoed is eerst wit, later bruin door de rijpe sporen. De g. komt in het najaar vrij alg. op loofboomen voor. Bouman Goudvraagstuk Goudvraagstuk heeft betrekking op de vraag of het goud de eigenschappen bezit om ook in de toekomst grondslag te zijn voor de muntstelsels; m.a.w. of de → gouden standaard in het nationale en internationale verkeer de beste waarborgen biedt voor een waardevaste rekeneenheid. De Gouddelegatie, ingesteld door de Finantieele Commissie van den Volkenbond, sprak zich in 1932 ten voordeele van den gouden standaard uit als het beste stelsel in den tegenwoordigen tijd, mits vrijheid van uitwisseling van goederen en diensten in redelijke mate hersteld worde en er overeenstemming kome in de leidende beginselen bij de Centrale Banken. Ook de Raad van Beheer der → Bank voor Internationale Betalingen verklaarde zich in 1932 eenstemmig voor behoud van den gouden standaard. Vorstman Goudwespen (Chrysididae), fam. van wespen, die opvallen door hun schitterende, metaalachtig glanzende kleuren, als zij bij zonnig weer rondvliegen om honing te zoeken. Bij gevaar wordt het lichaam ineengerold. De eieren legt het wijfje met een legboor in de nesten van andere wespen, waarin de larven opgroeien.

< >