Katholieke Encyclopaedie

Uitgeverij Joost van den Vondel (1933-1939)

Gepubliceerd op 24-04-2019

Determinisme

betekenis & definitie

Determinisme - (< Lat. determinare = begrenzen, bepalen) is de wijsgeerige opvatting der natuur-noodzakelijke bepaaldheid van elk gebeuren door voorafgaande gebeurtenissen.

Het physisch of causaaldeterminisme leert, dat elk physisch gebeuren als „gevolg” gedetermineerd is door de voorafgaande gebeurtenissen als „oorzaak” (Mechanisme). Daar echter meer en meer blijkt, dat we onmogelijk alle als „oorzaak” werkende voorafgaande feiten tegelijk kunnen overzien, staat tegenover dit objectief gedetermineerd-zijn van elk physisch gebeuren (waaraan we als denkpostulaat moeten vasthouden) een subjectief indeterminisme: voor ons kan elk physisch gebeuren een verrassing beteekenen. Wij kunnen enkel met een zekeren graad van waarschijnlijkheid (Kansberekening) een toekomstig physisch gebeuren „voorspellen”, omdat nietgekende factoren onze berekening kunnen doen falen (Poincaré, Reichenbach, Van der Waals). — Hiertegenover staat de teleologische natuurverklaring, die het physisch gebeuren niet enkel afhankelijk stelt van als „oorzaken” werkende voorafgaande gebeurtenissen, maar ook van later te bereiken doeleinden (➝ Doelmatigheid). De causaliteit der voorafgaande gebeurtenissen is immers niet eenzijdig bepaald en vordert dus een nadere determinatie (doeloorzaak), opdat een bepaald physisch gebeuren volge.

Lit.: Beysens, Ontologie (²1917, 229-248).

Het psychologisch of wilsdeterminisme leert, dat, gelijk alles, ook de menschelijke wilsdaden bepaald zijn door mechanisch-noodzakende oorzaken: door een onvermijdelijk noodlot (Fatalisme), door de aloorzakelijkheid Gods (Calvinisme), door een overheerschenden trek naar den hemel of naar de aarde (Jansenisme), door wat het menschelijk verstand den wil als het beste voorhoudt („psychologisch determinisme” in strikteren zin: Leibniz), door de innerlijk aanwezige neigingen en de van buiten af inwerkende motieven (Heymans), door onze geestelijke en lichamelijke constitutie (Lombroso). — Hiertegenover staat het teleologisch indeterminisme, de leer der ➝ wilsvrijheid of doelbewuste zelfbepaling. Terwijl het liberalisme een absoluut indeterminisme verdedigt, leert de Scholastieke wijsbegeerte een gematigd indeterminisme (Indifferentisme): de menschelijke wil is gedetermineerd om te streven naar het goede, abstract en absoluut genomen; maar vrij, wat betreft de concrete goederen, waarin dit abstract goede in meerdere of mindere mate is verwerkelijkt en die dus enkel middel zijn om aan dat absoluut goede in meerdere of mindere mate deelachtig te worden.

Lit.: Beysens, Alg. Zielkunde (II ²1911, 271-359). v. d. Berg.

< >