Katholieke Encyclopaedie

Uitgeverij Joost van den Vondel (1933-1939)

Gepubliceerd op 23-04-2019

Chenonceaux

betekenis & definitie

Chenonceaux - kasteel, in 1513—1527 gebouwd voor den thesaurier-generaal Thomas Bohier op de grondslagen van een ouden molen in de rivier de Cher, ter vervanging van een middeleeuwschen burcht, welke donjon hij in 1613 liet herstellen in Renaissance-stijl. Het geheel door de rivier omspoelde slot is een vierkant bouwwerk met ronde hangtorens op de hoeken, en aan de Zuidzijde met den tegenoverliggenden oever der Cher verbonden door de monumentale, 60 m lange brug met een galerij van twee verdiepingen, begonnen in 1656 naar plannen van Philibert Delorme voor Diana van Poitiers; deze laatste werd in 1559 van het kasteel beroofd door Cathérina de Medicis, die de brug, of zgn. „grande galerie” liet voltooien, maar niet volgens de plannen van Delorme, in een strengeren, Klassicistischen stijl. Het slot is in het laatst der 19e eeuw op ingrijpende wijze gerestaureerd. Vele kunstschatten.

L i t.: Onder de talrijke geschriften, die mgr. C. Chevalier over C. deed verschijnen, dient hier vermeld: Le Châteux de C., notice historique (Tours 1882); F. Gebelin, Les châteux de la Renaissance (Parijs 1927, 81-86).

F. Vermeulen.

< >