Katholieke Encyclopaedie

Uitgeverij Joost van den Vondel (1933-1939)

Gepubliceerd op 20-03-2019

Bogota

betekenis & definitie

Bogota of Santa Fé de B., hoofdstad van de rep. Columbia (Z.

Amerika, 4° 30' N., 74° 13' W.), tevens van het dept. Cundinamarca; ca. 240 000 inw. De stad ligt in een 2 600 m hooge vlakte, aan de Westzijde de O. Cordilleren, geheel door gebergten omgeven. Gemiddelde jaartemp.8 à 10° C, zeer gezond voor Europeanen. De stad ligt ongunstig voor het verkeer: langs geen der waterwegen bereikbaar; directe spoorwegverbinding met de kust nog niet aanwezig; wel een luchtlijn-verbinding ermede.

De geïsoleerde ligging van B. is opgeheven door spoorlijnen met de omgeving. Handel en industrie zijn daardoor sterk ontwikkeld. B. is een politiek en kerkelijk middelpunt; het aartsbisdom B. telt ruim 800.000 R.K. De aartsbisschop is primaat van Columbia. Universiteit. In 1638 bezet door Quesado, in 1819 door Bolivar.

< >