Vaderlandsch woordenboek

Jacobus Kok (1780)

Gepubliceerd op 09-12-2022

Oosterleek

betekenis & definitie

OOSTERLEEK, gemeenlijk enkel de Leek genaamd, een Ban in Dregterland, van kleinen omslag, als bevattende slegts na genoeg zesenveertig Morgens Lands. De negenentachtig Huizen, welke men 'er eertijds telde, zijn allengskens gedund op ruim veertig. Het Dorp, leggende in de zo genaamde Streek, tusschen Hoorn en Enkhuizen, niet verre van Zee, is, gelijk meest alle Dorpen in dien oord, in de lengte gebouwd, in de plaats van de oude en vervallene, wierdt 'er, in 't laatst der voorgaande Eeuwe, eene nieuwe Kerk gebouwd.

< >