Keizer OTTO DE DERDE noemt deeze Hofstede of Hofstad, in ‘t Latijn, dus in ‘t meervoudig getal, ten bewijze dat dezelve op meer dan één heuvel ligt of gelegen heeft. Verder plaatst de Keizer dezelve in de Landstreek aan de Schelde; mogelijk om reden, dat die Rivier toen aan dien kant haaren loop had, of om dat dit kwartier (Pagus) zig aan beide kanten van den stroom uitstrekte.
Toen ter tijd lagen daar tegenover drie kleine Eilanden, thans onbekend, SPRANGE, WETERANGE en STENINGE. Hedendaags noemen wij het Bergen, daar bij voegende op den Zoom; want aldus wordt van sommige het Riviertje genaamd, dat aan de Stad van dien naam ten Haven verstrekt. WENDELINUS geeft, in zijne Sallische Wetten deeze Stad den naam van Barco in Zionis. MELIS STOKE noemt haar eenvoudig Bergen, of Bergen op den Zoom, waarvan wij straks breder zullen gewagen.Zie ALTING, Not. Germ. Inf. Part. II.