Tijdperk, tijdruimte. Ook tijdperk, dat geregeld terugkomt.
Feestgetij, wraakgetij, hooggetij, getijdenboek, jaargetijde, daggetijde, eeuwgetijde. De tooi der getijden. Getijdentafel. Vischgetij (eb of vloed, dag of nacht, waarin het beste gevischt kan worden).