Gepubliceerd op 18-08-2020

Getijde

betekenis & definitie

Tijdperk, tijdruimte. Ook tijdperk, dat geregeld terugkomt.

Feestgetij, wraakgetij, hooggetij, getijdenboek, jaargetijde, daggetijde, eeuwgetijde. De tooi der getijden. Getijdentafel. Vischgetij (eb of vloed, dag of nacht, waarin het beste gevischt kan worden).

< >