(1931) (< Eng.) een gebeurtenis die grote en vaak plotselinge schade of leed veroorzaakt, mag bepaalde handelingen of werkzaamheden niet onderbreken. We mogen niet stoppen met iets wanneer een ongeluk plaatsgrijpt. De uitdrukking is vooral van toepassing in theaters maar ze ontstond in de 19e eeuw bij circusvoorstellingen. Wanneer een dier vermist werd of een optredende artiest gewond raakte, probeerde de spreekstalmeester de voorstelling gaande te houden zodat het publiek niet in paniek raakte.
'The show must go on' was één van de hits van Freddy Mercury in 1991 (het jaar van zijn dood). In 1937 was het ook de titel van een film, in 1944 een lied van Ira Gershwin en Jerome Kern en in 1950 werd deze frase gebruikt in de film 'All about Eve'. Het is nog steeds een populaire slagzin, vooral in showbizz-kringen.
• Drie honderd gasten en een dode, en zo plotseling! Men heeft de dode achter een windscherm netjes in een groot tapijt gerold en onder de piano geschoven. The show must go on. (Marnix Gijsen: De vleespotten van Egypte. 1952)
• De manier waarop ik het best Bert Leysen terugvind is, wanneer ik denk aan zijn grote voorliefde voor slagzinnen. Hij gedroeg zich, vooral in den beginne, als een leider van een nieuwe fanatieke sekte en daarvoor zocht hij dan slogans. Die slogans waren meestal in het Engels - hij was tenslotte germanist, - en enkele kenschetsende zijn b.v. de volgende: ‘The show must go on’; dat wou zeggen dat het werk vóór ging op de familie, op de persoonlijke belangen. (Joos Florquin: Ten huize van… 1962)
• De show must go on. De voorstellingen waren afgesloten, dus moesten we de tweede avond naar Hengelo. (Albert Mol: Het doek viel te vroeg. 1977)