(2002) (< Sur.) (Randstad, straattaal) revolver. Vgl. baardaap*; blaffer(d)*; ijzertje*; klakkebos*; paffer*; pafferik*; pen*; proppenschieter*; snotneus*; zakdoekje*.
• Een derde factor van linguïstische aard is de structuur van veel Surinaamse woorden. Die bestaat vaak uit de opeenvolging van een medeklinker, een klinker, een medeklinker en weer een klinker, waarvan wordt gezegd dat sprekers er een voorkeur voor hebben. Straattaal kent hiervan verschillende voorbeelden, zoals doekoe ('geld'), pipa ('pistool'), loesoe ('weggaan') en foto ('stad'). (Jan Berns m.m.v. Jolanda van den Braak: Taal in stad en land. Amsterdams. 2002)
• Voor bepaalde groepen jongeren werd het cool en stoer om een 'blaffer' of 'pipi' op zak te hebben. Onder Marokkaanse en Antilliaanse jongens komt vuurwapenbezit vier keer méér voor dan onder hun Nederlandse leeftijdsgenoten. (Vrij Nederland, 24/05/2003)
• (Wim Daniëls: Vet! Jongerentaal nu en vroeger. 2004)
• Opgefokte Murat regelt even een 'pipa'. (de Volkskrant, 15/01/2004)
• Er is sprake van telefoongesprekken, verzoeken om een 'pipa' (zoals een wapen in straattaal heet) en een medeleerling die hem dat levert. (HP/ De Tijd, 30/01/2004)
• Stel, je woont in Rotterdam-Noord en zelfs VMBO is wat te hoog gegrepen. Dan word je al snel een soort gangbanger. Compleet met pipa's, gevaarlijke negerts en echte whiggers. (www.GeenStijl.nl, 30/01/2004)
• Pipo. Pistool, revolver. (Elsevier, 17/12/2005: Van aanlopen tot zwijntjesjager)
Stel, je bent een dikke vette gAnStAh. Eentje waar heel de buurt voor beeft. Jij beheerst de straten. Dope verhandel je niet per gram, maar per kilo. Je grossiert in bitches en pipa’s waarmee je je tegenstanders zonder scrupules uit de weg ruimt. (www.geenstijl.nl., 27/01/2008)
• Hij schold de man verrot, pakte zelfs een pistool en riep: ‘Gau wegwese jij, anders maak je kennis met deze piepa!’ (Hans Sahar: De gebroeders Boetkaboet. 2008)
• Fuck man, hij heeft een pipa. Is-ie gek of zo? Wat gaat-ie doen, die chauffeur killen of zo? (Vrank Post: Kapot. 2009)
• En John hield van dat soort billen en droeg dus een bandana om zijn hoofd, had Westside-tatoeages op zijn afgetrainde sixpack en soms zelfs een pipa onder zijn belt. (Saul van Stapele: Witte panters. 2012)
• Ik haal de auto. Verstop jij de pipa, je weet het nooit. (Justine le Clercq: Wegens geluk gesloten. 2013)
• En daaronder stond gangsterkop, met in zijn handen een pipa. (Khalid Boudou: Pizzamaffia slaat door. 2019)
• (Smibanese woordenboek. 2e druk. 2020)
• (Crimineel ABC in Elsevier, 24/04/2021)
• (Alla Peeters & Petra Sleeman: Taalmysteries. Raadselachtige feiten van grote en kleine talen. 2022) p. 28
