(17e eeuw) (inf.) doden, vermoorden. Syn.: om gajes brengen.
• Als 100 bewoners van Kebon Sirih in zooveel maanden wegkwijnen aan koorts met behulp van drie honderd kubieke meter zwynerij uit zee; hoeveel van dat zaakje heeft men dan noodig om twintig duizend Japanners om zeep te helpen. (Het nieuws van den dag voor Nederlandsch-Indië, 31/10/1903)
• Een geile gans, die d'r vader om zeep gebracht heeft om d'r pooier te kunnen anderhouden. (Jef Last: Een huis zonder vensters. 1935)
• Geachte mejuffrouw Bargeman, ik smeek u, breng mijn moordenaar om zeep. (Simon Carmiggelt: Oude mensen. 1963)
• De volgende Kompaniechef heeft toen gezegd, geen pardon meer, wàt we in de vingers krijgen gaat om zeep. Ook krijgsgevangenen. (Armando & Hans Sleutelaar: De SS’ers. 1967)
• Wordt hij ook om zeep geholpen? (Xaviera Hollander: De Happy Hooker. 1972)
• Ik herinnerde hem fijntjes aan de slachtpartij van een aantal jaren geleden waarbij op zijn instigatie een aantal flikkers en hun chef om zeep waren gebracht. (Louis Ferron: De kreisnijder van Fichtenwald. 1976)
• Ja, kiek es, Santje, ik begriep best dat 't skrikkelijk is, dat Harm bijna door zo'n zwarte om zeep is geholpen! (Olaf J. De Landell: De porseleinen spiegel. 1976)
• Vroegere parlementairs zijn door Kjahi Madja wèl om zeep geholpen! (Johan Fabricius: De Java-oorlog van 1825 tot 1830. 1977)
• Volgens mij hebben zij vorig jaar samen onze vader om zeep geholpen. (Baantjer: De Cock en het lijk op drift. 1998)
• En als je eenmaal geboren bent, moet je op deze verdoemde aarde doorleven, iets anders zit er niet op, voor niemand. Niks kun je daaraan doen… als je tenminste niet jezelf om zeep gaat helpen… (Pam Emmerik: Wie het paradijs verdragen kan. 2014)
• Op 9 november 2013 belt een anonieme tipgever de Amsterdamse recherche met de mededeling dat Martha’s neef Dennis M., Ziggy en Noffel binnen afzienbare tijd iemand ‘om zeep moeten helpen’. (Paul Vugts: Afrekeningen. 2017)