(1948) (inf.) radio. Woord bedacht door de Nederlandse dichter Jan Greshoff. In de Duitse volkstaal: Heulkiste.
• (Jan Greshoff: Verzameld Werk. Volume I. 1948)
• ... nu naast het bed een kwebbelkast is neergezet? (Victor Emanuel van Vriesland: Spiegel van de Nederlandse poëzie, Volume 3. 1965)
• Jan Greshoff zag in de radio alleen maar de 'kwebbelkast'. (J. A. C. Tillema: Schetsen uit de geschiedenis van de Monumentenzorg in Nederland. 1975)
• En net toen hij geroepen werd voor het hoge ambt van radiocommissaris, was het gedaan met de raad van beheer in omroepland. Of hij gelukkig was geworden op de top van de Gooise apenrots is vers twee, 'maar', schrijft hij, 'ik had zeker meer voor de kwebbelkast kunnen doen dan wanneer het totale radiogebouw niet zou zijn onttakeld.' (de Volkskrant, 24/02/1996)