Term waarmee Eusebius (Historia ecclesiastica 3, 25, 3) de betwiste boeken van het NT aanduidt.
Hij verdeelde deze boeken van twijfelachtige authenticiteit in γνωριμοι (door velen erkende) nl. Jac, Jud, 2Pt, 2Jo en 3Jo, en vωθοι (onechte) nl. Acta Pauli, Pastor Hermae, Apocalypsis Petri, Epistula Barnabae, Didache en ’zo men wil’ Openb. (Eusebius geeft hier geen officiële canon van de boeken van het NT). [Bartelink]