Russisch schrijver (Sjitomir 27 (15) Juli 1853 Poltawa 25 Dec. 1921), studeerde te Petersburg en Moskou, maar werd wegens deelneming aan politieke bewegingen herhaaldelijk verbannen, o.a naar het Jakoetengebied in Siberië, dat hij schildert in zijn verhaal De droom van Makar (1885). Na zijn terugkeer (1885) vestigde hij zich te Nisjni-Novgorod, later te St Petersburg en Poltawa.
Als radicaal en voorstander van sociale hervormingen streed hij fel tegen de doodstraf en de militaire wetten. Als een lyrisch realist beeldt hij in zijn verhalen het leven der boeren en arbeiders uit, maar vermeit zich tevens in natuurschilderingen. Ook als kenner van de kinderpsyche staat hij op een hoog peil, vooral in zijn vertelling Notsjoë (In de nacht).Bibl.: Reka igrajet (De rivier speelt); Ljessjoemit(Hetbos ruist, 1886); Slepoi muzikant (De blinde muzikant, 1886); Istorija mojewosowrjemenika (De geschiedenis van mijn tijdgenoten, 1910; belangrijke autobiografie, in het Duits vert. door Rosa Luxemburg, 1919); Ljew Nikolajewitsj Tolstoi (1908). Voorn, werken herdrukt in Moskou (1947).
Lit.: M. P. Newedowskij, Zjiznj i twortsjestwo K. (Leven en werken v. K., St Petersburg 1918); F. D. Batjoesjkow, K. kak tsjelowek i pisatelj (K. als mens en schrijver, Moskou 1922); N. v. Wijk, W.K. en de jongste Russ. gesch., in: De Gids 1923; R. Grigoriew, K. (Moskou 1925); E. Hausler, K. und sein Werk (Königsberg i. P. 1930).
