(ca 1045 -Vlaardingen 26 Febr. 1076), hertog van Neder-Lotharingen (1069-1076) uit het Huis der Ardennen, een zoon van Godfried met de Baard en een veel trouwer dienaar van het Rijk dan zijn vader. Hij hielp keizer Hendrik IV de opstandige Saksers onderwerpen, terwijl hij in Neder-Lotharingen zelf de rijksbisschoppen krachtdadig steunde in hun strijd tegen de gewestelijke vorsten.
Zo snelde hij o.m. Willem I, bisschop van Utrecht, te hulp in diens worsteling met Dirk V van Holland, die zelf werd geholpen door zijn stiefvader Robrecht I van Vlaanderen. Op aanstichten van de Vlaamse of van de Hollandse graaf werd hij einde Febr. 1076 door een onbekend gebleven moordenaar gekwetst, aan welke verwondingen hij op 26 Febr. overleed. Met de tengere en misvormde man verdween de laatste krachtdadige en betrouwbare rijkshertog van Neder-Lotharingen.
Zijn huwelijk in 1069 of 1070 met Mathilde, de bekende gravin van Toscane, die, in tegenstelling met haar echtgenoot, een verwoed aanhangster van de pausen en vijandin van de keizers is geworden (van wie Godfried overigens gescheiden heeft geleefd), was kinderloos gebleven. Hij werd in Neder-Lotharingen opgevolgd door Koenraad, een zoon van keizer Hendrik IV.Lit.: F. Dieckman, Gottfried III der Bücklige (1885).