Winkler Prins Encyclopedie

E. de Bruyne, G.B.J. Hiltermann en H.R. Hoetink (1947)

Gepubliceerd op 28-12-2022

CARAÏBISCHE COMMISSIE

betekenis & definitie

is de naam van een commissie, opgericht door de regeringen van Nederland, de Franse Republiek, het Verenigd Koninkrijk van Groot-Brittannië en Noord-Ierland en de V.S. bij een op 30 Oct. 1946 te Washington (D.C.) gesloten verdrag (Stbl. 1948, no I 447;. Zij is een adviserend lichaam, bestaande uit zestien leden, waarvan vier door elke der genoemde regeringen wordt aangewezen.

Haar taak betreft de economische en sociale aangelegenheden van gemeenschappelijk belang voor het gebied der Caraïbische Zee, in het bijzonder inzake landbouw, verkeer, opvoeding, visserij, gezondheid, huisvesting, industrie, arbeid, sociaal welzijn en handel. De commissie moet, met betrekking tot vraagstukken, liggende op het terrein van haar bemoeienis die maatregelen, programma’s en richtlijnen bestuderen, formuleren en aanbevelen, welke ten doel hebben tot het welzijn van het gebied der Caraïbische Zee bij te dragen. Voorts zal zij behulpzaam zijn in het coördineren van plaatselijke plannen van regionaal belang en, uit de ervaringen van elders, technische voorlichting verschaffen, welke anders niet beschikbaar zou zijn.De commissie, welke elk jaar ten minste twee vergaderingen houdt, heeft als bijbehorende instellingen de Caraïbische Raad van Onderzoek en de Westindische Conferentie. De eerste, welker leden door de commissie worden benoemd, dient vnl. voor het coördineren en organiseren van onderzoekingswerk en het geven van raad over de noodzakelijkheid of wenselijkheid van bepaalde onderzoekingen. De laatste bestaat uit afgevaardigden der „plaatselijke regeringen” van de gebiedsdelen, bezittingen of koloniën van de verdragsluitende landen in het gebied der Caraïbische Zee. De commissie en haar instellingen worden bijgestaan door een centraal secretariaat, welks leden een internationale status hebben.

Dit secretariaat is te Port of Spain op Trinidad gevestigd.

Op hetzelfde terrein als de commissie was een reeds in het begin van 1942 opgerichte Engels-Amerikaanse commissie (Anglo-American Caribbean Commission) werkzaam. De instelling van de Caraïbische Commissie geschiedde om de arbeid van evengenoemde Engels-Amerikaanse Commissie op bredere grondslag voort te zetten.

MR L. V. LEDEBOER

Lit.: C. W. Taussig, A four-power program in the Caribbean (Foreign Affairs, XXIX, no 4; Juli 1946); S. Strange, The four power Caribbean commission (World Affairs, I, no 2; Apr. 1947); VI., Regionale organisatie in West-Indië (Internationale Spectator, 17 Dec. 1947).

< >