Nederlands staathuishoudkundige en statisticus (’s-Gravenhage 28 Juni 1853 - Heidelberg 12 Dec. 1890), promoveerde in 1875 te Leiden in de rechten. Tot 1884 was hij werkzaam aan het ministerie van Financiën; in dat jaar werd hij tot buitengewoon hoogleraar in de statistiek aan de Amsterdamse universiteit benoemd.
Tegelijkertijd werd hem vanwege de Ver. voor de Statistiek de leiding opgedragen van haar te Amsterdam in 1884 opgericht Statistisch Instituut, dat de plaats moest innemen van de in andere landen door de Staat opgerichte Centrale bureau’s voor de Statistiek. In 1885 werd hij bovendien belast met de colleges in de staathuishoudkunde. Onder zijn leiding maakte het Statistisch Instituut een aanvang met de publicatie van de Jaarcijfers (thans uitgegeven door het Centr. bureau voor de Statistiek) en de Bijdragen van het Statistisch Instituut. Hij was met N. G. Pierson in 1885 een der oprichters van het Institut International de Statistique.Bibl.: Sociale Wiskunde (inaugurale rede, Amsterdam 1884); The history of Dutch seafisheries (bekroonde prijsvraag, London 1884); Handel en handelspolitiek (Haarlem 1888, nieuwe dr. m. inl. van G. A. Verrijn Stuart, 1927).
Lit.: Blenck in Zschr. d. Kön. preuss. Statist. Bur. (Jaargang XXX, Berlin 1890); N. G. Pierson in de Economist (Jan. 1891); G.
A. Verrijn Stuart in Bijdr. v.h. Statist. Inst. (1891, blz. 1 vlgg.).
