Urquhart (David), een Engelsch staatsman, geboren in 1805 te Braclangwell in Schotland, studeerde te Oxford, begaf zich in 1827 met lord Cochrane naar Griekenland, woonde er den voorspoedigen aanval op Salona bij en hield zich onafgebroken bezig met de nasporing van de zeden en gewoonten des volks. Na den Vrede van Adrianopel keerde hij over Constantinopel naar Engeland terug. In zijn geschrift: „Observations on European Turkey” zocht hij aan te toonen, dat zich in de Turksche gewesten vele elementen bevonden, die voor ontwikkeling vatbaar zijn, en dat de Oostersche staatkunde van Rusland gevaarlijk is voor de belangen van Engeland. Na herhaalde reizen in het Oosten zocht hij in zijn werk: „Turkey and its resources1' (1834)”, alsmede in onderscheidene vlugschriften duidelijk te maken, dat het behoud van het Turksche rijk gunstig is voor de Westersche Mogendheden en voor de Britsche handelsbetrekkingen.
In 1835 werd hij door lord Palmerston tot gezantschapssecretaris te Constantinopel benoemd, waar hij de verborgen plannen van Rusland doorgrondde. Reeds in 1836 keerde hij naar Engeland terug, waar hij rusteloos agiteerde tegen het staatkundig stelsel van Palmerston, o. a. in „Exposition of the affaire of Central Asia (1840)”,— „Exposition of the boundary differences between Great Britain and the United States (1840)’’,— en „La crise ou Ia France devant les quatre puissances (1840)”. Van 1847 tot 1852 was hij lid van het Lager Huis, waar hij zijne aanvallen tegen Palmerston voortzette. In 1852 werd hij niet herkozen, maar legde gedurende de verwikkelingen van het Oostersche vraagstuk in 1853 zoowel in vergaderingen als in geschrift eene ongemeene bedrijvigheid aan den dag, welke echter wegens zijne hartstogtelijke aanvallen op de regéring weinig bijval vond, zoodat in 1854 zijne candidatuur voor het Parlement niet slaagde. Na dien tijd nam hij weinig deel aan de openbare aangelegenheden en stierf te Nizza in Mei 1877. Behalve reeds genoemde werken schreef hij: „Progress of Russia in the West, Nord and South (1853)”, — „Recent events in the East (1854)”, — „Turkisch Bath (1856)”, — en „The Lebanon, a history and a diary (1860)”.
