Solar-olie is eene lichtgevende stof, welke uit de teer, bij drooge destillatie van bruinkolen verkregen, afgescheiden wordt.
Zij bestaat uit zware, vlugtige koolwaterstoffen en onderscheidt zich van photogeen door een hooger kookpunt, door aanzienlijker soortelijk gewigt en door veel geringere ontbrandbaarheid. Zij kookt tusschen 250° en 350° C. Goede solar-olie heeft een soortelijk gewigt van 0,83—0,86; zij moet eene licht wijngele kleur hebben en bij een omschudden met loog hieraan geene daarin oplosbare zelfstandigheden afstaan. Wordt hare kleur hierbij donker, zoo verandert zij ook doorgaans, wanneer men ze eenigen tijd bewaart, en riekt dan zeer sterk. De pit mag niet spoedig verkolen, evenmin als bij photogeen en bij het branden niet rieken. Wordt deze olie verkregen uit teer, welke veel paraffine bevat, dan verstijft zij al spoedig bij verlaging van den warmtegraad.