Winkler Prins

Anthony Winkler Prins (1870)

Gepubliceerd op 07-08-2018

Erard

betekenis & definitie

Erard (Sébastien), een beroemd pianofabrikant, werd geboren te Straatsburg den 5den April 1752. Tot aan zijn 16de jaarwerk te hij bij zijn vader aan de draaibank, oefende zich tevens in de teekenkunst, en begaf zich toen naar Parijs, waar hij in dienst trad bij een klaviermaker. Met een vindingrijken geest bezield, vervaardigde hij in 1780 een „clavecin mécanique", dat door zijne doelmatige inrigting groot opzien baarde. Hij wijdde zich voorts aan het vervaardigen van piano's, en wèl in de eerste plaats voor de hertogin de Villeroy, die hem eene werkplaats aanwees in haar hotel.

Hij deed er dien tak van nijverheid bloeijen, terwijl men te voren in Frankrijk piano's ontbood uit Engeland en Duitschland. Met zijn broeder Baptiste stichtte hij te Parijs eene groote fabriek, doch de drang der Omwenteling bragt hem weldra naar Londen, waar hij eene dergelijke fabriek deed verrijzen en piano’s en harpen vervaardigde. Aan dit laatste instrument bezorgde hij reeds in 1796 aanmerkelijke verbeteringen, en hij zette hieraan de kroon op in 1811 door de uitvinding der pedaalharp a doublé mouvement. Ook verbeterde hij de vleugel-instrumenten aanmerkelijk, en deze werden in de eerste 20 jaar dezer eeuw door zijne fabrieken te Parijs en te Londen in grooten getale geleverd. Eindelijk veroorzaakte hij in 1823 door zijne volgens een geheel ander stelsel ingerigte stukken eene volslagene omwenteling op dat gebied, en de vleugels van Erard zijn na dien tijd en nog altijd wereldberoemd. In 1825 legde hij zich ook toe op het vervaardigen van orgels; onder anderen leverde hij een voor de kapél der Tuilerieën, waaraan hij onderscheidene vernuftige verbeteringen had aangebragt, — een orgel, dat bij de Julij-omwenteling gedeeltelijk vernield werd. Hij overleed op zijn kasteel La Muette, bij Passy, op den 5den Augustus 1831. — Zijn erfgenaam Pierre Erard, een broederszoon, geboren te Parijs omstreeks het jaar 1796, kwam vervolgens aan het hoofd der zaken en handhaafde don roem van zijn oom, doch overleed den 18den Augustus 1855, desgelijks op bovengenoemd kasteel, nadat hij eenige jaren in krankzinnigheid had doorgebragt. De fabrieken zijn echter voortdurend in bloei gebleven.

< >