Winkler Prins

Anthony Winkler Prins (1870)

Gepubliceerd op 02-07-2018

Castelli

betekenis & definitie

Castelli is de geslachtsnaam van Paus Coelestinus II (zie onder dien naam). Voorts vermelden wij:

Benedetto Castelli, een beroemd leerling van Galileï. Hij werd geboren te Brescia in 1577 bekleedde eerst de betrekking van abt te Monte Casino, vervolgens die van leeraar in de wiskunde aan de universiteit te Pisa, later aan het Collegio della Sapiënza te Rome, en overleed in 1644. Behalve eenige kleine verhandelingen schreef hij „Della mesura dell’acgue correnti (1628)”, terwijl hij bij het voltooijen van waterstaatswerken aan het meer van Trasiméne en dat van Ballo eene buitengewone bekwaamheid ten toon spreidde.

Ignaz Friedrich Castelli, een Duitsche dichter. Hjj werd geboren te Weenen den 6den Maart 1781, studeerde aldaar in de regten en zag er zich in 1801 begiftigd met eene kleine betrekking. Hij wijdde den ledigen tijd aan dichterlijke en letterkundige werkzaamheden, vooral aan vertalingen van Fransche stukken in het Duitsch, verwierf grooten lof door zijn blijspel „Todt und lebendig (1803)”, en zijne „Kriegslieder für die Oesterreichische armee” werden door de Fransche regéring zoo gevaarlijk geacht, dat zij den vervaardiger in ballingschap verwees.

Te hooger klom de moderne Tyrtaeus in de gunst des volks, en toen de Franschen Weenen bedreigden, zond men hem veiligheidshalve naar Hongarije, vanwaar hij eerst na het sluiten van den vrede terugkeerde. Zjjn tekst van de „Schweizerfamilie” met muziek van Weigl maakte zijn naam in alle Duitsche schouwburgen bekend. Vorst Lobkowicz benoemde hem tot hoftooneeldichter aan een der schouwburgen, doch hij legde in 1814 die betrekking neder. In het volgende jaar begaf hij zich als secretaris van graaf Cavriani naar Frankrijk en vervolgens in dergelijke betrekking met den vrijheer von Münch-Bellinghausen naar Opper-Italië.

Later bekleedde hij verschillende kleine posten, en in 1839 deed hij eene reis door Duitschland en werd er door de universiteit te Jena eershalve tot doctor bevorderd. Na veertigjarige dienst behield hij zijn volle tractement als pensioen en sedert dien tijd was hij gewoonlijk des winters te Weenen en des zomers op zijn buitengoed Liliënfeld. In 1848 zweefde hij nogmaals op aller tong, daar van zijne vlugschriften „Was ist denn jetzt in Wien geschehen?” en „Der Bauer kommt vom Rechtstage zurück” duizende exemplaren verkocht werden.

Hij overleed te Weenen den 5den Februarij 1862. Van zijne blijspelen zijn slechts een paar tot nu toe op het repertoire gebleven, namelijk: „Die Schwäbin” en de „Münchhauseniade”; zijne tooneelspelen zijn meestal in de 18 jaargangen van een dramatisch tijdschrift (Dramatische Sträuszchen) opgenomen; van deze noemen wij: „Die Waise und der Mörder” en „Der Schicksalsstrumpf”. Zijne stukken zijn zeer aardig en geestig, doch tevens oppervlakkig en gebrekkig van zamenstel. — Het beste, dat hij geleverd heeft, is getiteld „Gedichte in niederösterreichischer Mundart(1828)”, — voorts schreef hij: „Gedichte (1835,6 dln)”, — „Poetische Kleinigkeiten (1816, 5 dln)”, — „Wiener Lebensbilder (1828, 2 dln)”, — „Bären. Eine Sammlung wiener Anecdoten (1825—1832, 12 all.)”, — „Hundert neue wiener Bären (1844)”, — en „Erzählungen in allen Farben (1840, 6 dln)”.

Tot de door hem uitgegeven jaarboekjes behooren: „Selam (1814—1821)” en „Huldigung der Frauen (1823—1848)”. Ook was hij belast met de redactie van onderscheidene tijdschriften, zooals van „Thalia”, van den „Sammler”, en van dagbladen, zooals van „Wiener Conversationsblatter” en van den „Allgemeinen musikalischen Anzeiger”. In 1860 op zijn 80sten verjaardag vond hij te Weenen groote sympathie, en zijne gezamenlijke werken zijn van 1844 tot 1847 in 16 deelen gedrukt en in 1848 nogmaals uitgegeven.

Na zijn tachtigsten verjaardag zijn ook zijne gedenkschriften in het feuilleton van den „Wanderer” verschenen en later in 4 deelen in den handel gebragt. Castelli was een hartstogtelijk verzamelaar: hij bezat 12000 tooneelspelen in 3000 deelen, eene verzameling van portretten van alle bekende tooneelspelers en theaterdichters, eene van alle Weener tooneel-affiches van 1600 af, alsmede eene van 1800 tabaksdoozen.

< >