Gepubliceerd op 30-10-2017

zurig

betekenis & definitie

zurig - Bijvoeglijk naamwoord
1. een beetje zure smaak of geur hebbend
De zurige smaak van de wijn was eigenlijk wel vervrissend.
2. boos en ontevreden zijn
De zurige man was nooit tevreden.
3. een lage pH hebbend
Door het hogere koolzuurgehalte in de zee, wordt het zeewater een beetje zurig.

Woordherkomst
afleiding van zuur met het achtervoegsel -ig

Synoniemen
[1] zuur, rins, wrang
[2] chagrijnig
[3] zuur

Antoniemen
[1] zoet
[2] vriendelijk
[3] basisch