Gepubliceerd op 30-10-2017

zitzak

betekenis & definitie

zitzak - Zelfstandignaamwoord
1. een zitmeubel in de vorm van een grote zak gevuld met piepschuimen balletjes
Mijn vader herinnert zich dat hij een keer van zijn werk thuiskwam en zag dat mijn moeder de achtertuin aan het stofzuigen was. Ik had een zitzak opengemaakt en de hele achtertuin was bezaaid met witte piepschuimen balletjes. Want ik had zin in een witte kerst.

Woordherkomst
samenstelling van zit(werkwoord) en zak