ongelovig - Bijvoeglijk naamwoord
1. niet geloven, in de godsdienstige zin het niet geloven in een opperwezen.
♢ Een atheïst is ongelovig.
2. in de meer algemene zin verbaasd, kritisch, wantrouwend
♢ Hij keek met ongelovige ogen naar de goochelaar.
Woordherkomst
antoniem van gelovig met het voorvoegsel on-
Uitdrukkingen en gezegden
♦ Een ongelovige Thomas zijn
nooit iets geloven
Antoniemen
gelovig
Verwante begrippen
ongeloofwaardig
Gepubliceerd op 04-12-2017
ongelovig
betekenis & definitie