Definities van Nederlandstalige WikiWoordenboek in de Ensie G
- grootlichtjes
- grootmacht
- grootmachten
- grootmeester
- grootmeesterresultaat
- grootmeesterresultaatje
- grootmeesterresultaatjes
- grootmeesterresultaten
- grootmeesters
- grootmeestertje
- grootmeestertjes
- grootmoeder
- grootmoeders
- grootmoedertje
- grootmoedertjes
- grootmoedig
- grootmoedige
- grootmoediger
- grootmoedigere
- grootmoedigers
- grootmoedigs
- grootmoedigst
- grootmoedigste
- grootoctaaf
- grootoctaafje
- grootoctaafjes
- grootoctaven
- grootoorvleermuis
- grootoorvleermuisje
- grootoorvleermuisjes
- grootoorvleermuizen
- grootoorvos
- grootoorvosje
- grootoorvosjes
- grootoorvossen
- grootouders
- grootoudertje
- grootoudertjes
- groots
- grootschalig
- grootschalige
- grootschaliger
- grootschaligere
- grootschaligers
- grootschaligs
- grootschaligst
- grootschaligste
- grootscheeps
- grootscheepse
- grootscheepser
- grootscheepsere
- grootscheepsers
- grootscheepst
- grootscheepste
- grootschoot
- grootschootje
- grootschootjes
- grootschoten
- grootse
- grootseminarie
- grootseminaries
- grootseptiemakkoord
- grootseptiemakkoorden
- grootseptiemakkoordje
- grootseptiemakkoordjes
- grootser
- grootsere
- grootsers
- grootsheden
- grootsheid
- grootspraak
- grootst
- grootstag
- grootstagen
- grootste
- grootstedelijk
- grootstedelijker
- grootstedelijkere
- grootstedelijkers
- grootstedelijks
- grootstedelijkst
- grootstedelijkste
- grootsteeds
- grootsteedse
- grootsteedser
- grootsteedsere
- grootsteedsers
- grootsteedst
- grootsteedste
- grootte
- grootten
- groottes
- grootvader
- grootvaders
- grootvadertje
- grootvadertjes
- grootverbruiker
- grootverbruikers
- grootverdiener
- grootverdieners
