Definities van Nederlandstalige WikiWoordenboek in de Ensie F
- florissantere
- florissanters
- florissants
- florissantst
- florissantste
- florist
- floristen
- flos
- flosdraad
- flosdraadje
- flosdraadjes
- flosdraden
- flossend
- flost
- floste
- flosten
- floszijde
- floszijden
- floszijdes
- floszijdetje
- floszijdetjes
- floten
- floten af
- floten na
- floten uit
- flottielje
- flottieljes
- flow
- flowerpower
- flows
- fluctuatie
- fluctuaties
- fluctuatietje
- fluctuatietjes
- fluctueer
- fluctueerde
- fluctueerden
- fluctueert
- fluctueren
- fluctuerend
- fluïda
- fluïdum
- fluim
- fluimde
- fluimden
- fluimen
- fluimend
- fluimpje
- fluimpjes
- fluimt
- fluister
- fluister in
- fluisteraar
- fluisteraars
- fluisterde
- fluisterde in
- fluisterden
- fluisterden in
- fluisteren
- fluisteren in
- fluisterend
- fluistert
- fluistert in
- fluit
- fluit af
- fluit na
- fluit uit
- fluitconcert
- fluitconcerten
- fluitconcertje
- fluitconcertjes
- fluiten
- fluiten af
- fluiten na
- fluiten uit
- fluitend
- fluitenkruid
- fluitist
- fluitiste
- fluitisten
- fluitistes
- fluitistetje
- fluitistetjes
- fluitistje
- fluitistjes
- fluitje
- fluitjes
- fluitketel
- fluitketels
- fluitketeltje
- fluitketeltjes
- fluitregister
- fluitregisters
- fluitregistertje
- fluitregistertjes
- fluitscheepje
- fluitscheepjes
- fluitschepen
- fluitschip
- fluitspeler
