Naam van een district in Suriname, aan de kust gelegen en ook wel bekend als ‘de Zeekust’ of ‘de Kust’, vroeger Opper-Nickerie geheeten. Bij Publ. van 10 Oct. 1851 werd bepaald dat het district den naam Coronie zou voeren.
Het district is eerst in 1808 bebouwd; de eerste plantage was Lot No. 210 (later Burnside), waar een zekere A. Cameron het eerst katoen plantte. Het aantal plantages, meest alle aan Engelschen en Schotten toebehoorende, groeide snel aan en Opper-Nickerie werd een bloeiend katoenland. Toen de katoenprijzen daalden ging het district achteruit. Daartoe werkte ook de afspoeling der kust mede. De plantagegronden lagen vroeger alle met haar voordammen aan zee; op de achtergronden had men een breede, evenwijdig met de kust loopende zandrits, waarover een uitstekende, breede rijweg was aangelegd, de nog bestaande weg, terwijl de vroegere voordammen door de zee zijn weggespoeld.
Daarna begon de kust weer aan te groeien, waardoor uitgestrekte modderbanken ontstonden, die de loozingskanalen verstopten en de lanr ding zoowel als den afvoer van producten van jaatot jaar moeilijker maakten. Zoolang deze aanslibbing duurt zullen de afvoer van het hemelwater en het verkeer moeilijk op te lossen vraagstukken blijven.Zuidelijk van het bebouwde gedeelte bevinden zich uitgestrekte zwampen. Het verkeer met Paramaribo wordt door een wekelijksche stoomvaart onderhouden. Anders dan over zee is het district niet te bereiken. De mailstoomer blijft ver in zee liggen en passagiers en goederen moeten in roei- en zeilbooten geland worden over een dikwijls onstuimige zee. De bloei van Coronie, dat vroeger een land van melk en honing genoemd werd, lijdt daaronder zeer. Men teelt er cacao, koffie, koorn, aardvruchten, bananen en kokosnoten, vroeger ook veel lemmetjes Ook de veeteelt bloeide er vroeger.
Men had er ook eenige zoutpannen, maar deze waren van weinig beteekenis. De meeste plantages zijn thans verdeeld in kleine perceelen. Het districts-bestuur is gevestigd op een deel der voormalige plantage Friendship. Daarnaast ligt het dorp Totness, een verzameling kleine grondstukken door het gouvernement aan de verbruikers verhuurd. Terwijl in de andere districten het vervoer te water plaats heeft, maakt men in Coronie, dat geen waterwegen heeft, gebruik van karren om de landbouwproducten naar de plaats van afscheping te brengen. In het district zijn 2 gouvernementsscholen, 1 school van de Evang.
Broedergem. en 2 scholen der R.K. Geestelijken, 3 kerken der Broedergem. en 3 der R.-Katholieken.
Volgens C. van Coll is de Arowaksche naam van Coronie Séwejoe = Thevetia neriifolia.