Wat is dat? Encyclopedie voor jongeren

P.J.F.H. van de Rivière, R. de Ruyter-van der Feer (1928, 1930 en 1938)

Gepubliceerd op 09-08-2019

Kwakers of Quakers

betekenis & definitie

is de naam van een Protestants-godsdienstige secte, die omstreeks 1650 in Engeland ontstond. De aanhangers dezer beweging noemen haar „Christelijk genootschap der vrienden of zonen des Lichts”; zij danken hun eigenaardigen naam, kwakers (quakers = sidderaars) vermoedelijk aan de vermaning, welke de stichter der secte, George Fox in een redevoering tot de Engelse rechters richtte, n.l. „dat zij zouden sidderen voor het Woord des Heren”.

In de eerste jaren na de stichting der secte ontstonden weldra in verschillende plaatsen in Engeland Kwakergemeenten. Toen echter bleek, dat de nieuwe secte zich met beslistheid tegen de bestaande kerkgenootschappen keerde, vingen weldra hevige vervolgingen aan.

Als gevolg hiervan weken de Kwakers in groten getale naar Noord-Amerika, West-Indië, de Nederlanden en Oost-Friesland uit. In Noord-Amerika stichtten zij onder de hoogst kundige leiding van den begaafden William Penn, een grote, voorbeeldig bestuurde gemeenschap, die later een groot gebied verkreeg, Pennsylvanië, thans een der staten van de Unie.

Onder de regering van den Stadhouder en Koning Willem III braken voor de Kwakers betere dagen aan. Zij verkregen in Engeland en Amerika gelijkstelling met andere godsdiensten.

Buiten Engeland en Amerika bestaan op het ogenblik zeer weinig Kwaker-gemeenschappen. Hun aantal wordt in Groot-Brittannië op ongeveer 20.000 en in Amerika op 120.000 berekend.De Kwakers erkennen geen kerk en geen kerkelijke organisatie, zij hebben geen omschreven geloofsbelijdenis, maar houden zich geheel aan den geest van het Christendom. Zij achten den krijgsdienst en de eedsaflegging en bovendien ook alle weelde en werelds vermaak ongeoorloofd. Hun eenvoud en goede trouw wordt algemeen gewaardeerd.
Een eigenaardigheid der Kwakers is, dat zij voor geen sterfelijk wezen het hoofd willen ontbloten. Indien een Kwaker aan het hof voor den Koning verschijnt, dan is het gebruik, dat een lakei hem, voor hij de zaal betreedt, den hoed van het hoofd neemt.

< >