Een kinderdichter, die wat dichter bij het vorige geslacht stond dan de oudere kinderdichters van de periode van Alphen, een kinderdichter dus, om wiens naam voor de mensen van dat geslacht een herinnering zweeft aan de eerste versjes, die ze mooi konden vinden.
De Genestet heeft Heye „zo’n echten kinderdichter” genoemd en ook Busken Huet vindt hem „de dichterlijkste van onze tegenwoordige liedjeszangers voor de jeugd”.
Heye, die van geboorte een Amsterdammer was, leefde van 1809 tot 1876 en was... een dichtend dokter. In 1832 promoveerde hij te Leiden in de geneeskunde en tot 1857 oefende hij de dokterspraktijk uit. Daarna wijdde hij zich geheel aan dichtkunst en muziek. Sedert 1843 was hij secretaris der „Maatschappij tot bevordering van Toonkunst” te Amsterdam.