Gepubliceerd op 16-11-2020

Ronneke-mere

betekenis & definitie

Achterhoekse naam voor de Watersnip. Varianten zijn Ronneke-maere en Rönneke-maer(e). "At ronnekemaere oet de loch dale vleegt, ronnekt ze as 'n peerd.

Daor hef menneg-ene zik 's nachens in Norekerveld al ijzeleg veur emaakt." [Schaars 1989 p.360]. Weijnen 1996 noemt Ronne-kemier (ws. voor Enschede en omgeving i.v.m. Bezoen 1938). Het tweede deel van de vogelnaam betekent 'merrie'. Het eerste deel heeft betrekking op een soort geluid dat een paard kan maken (hinniken? letterlijk: ronken). Toch omschrijft men het geluid, dat de Watersnip in de baltsvlucht maakt, in de Achterhoek als "mekkeren" [Schaars 1989 p.346]. Het beeld is daarom wat vaag, al zijn er ook andere volksnamen voor de Watersnip die naar het Paard verwijzen, zoals D Donnerpferd, deens Horsegi0g (letterlijk 'paarden-koekoek') [Pontoppidan 1763; ook een oudere vindplaats uit 1599; Wilms 980602,5; 000226,2] en E Horse Gowk op Orkney en Shetland (<oudnoords Hrossagaukr, maar dit woord niet in AEW) [Lockwood 1993]. -Vgl. de vogelnaam Bokje.

< >