Officiële friese naam voor de Matkop ← [Boersma 1972]. Albarda 1897 maakt al melding van "In Friesland: Rietmees", maar toen nog onder het kopje "Zwartkopmees", omdat men toen het verschil tussen Glanskop en Matkop nog niet maakte.
De Vries 1911 geeft fries Reidmieske op voor (N) "Westelijke matkop". De Vries 1928 noemt oostfries Reit-mêske, Suolahti 1909 nederduits Reitmeeske (1767-1771) en Gesner 1555 D Reitmeifl [Suolahti].N Riet-Mees ← bij Houttuyn 1763 gold voor de nog ongesplitte Zwartkopmees (welke naam Houttuyn niet gebruikt), zijnde Linnaeus' "Parus palustris".