Gepubliceerd op 16-11-2020

Middelstoar

betekenis & definitie

Texelse benaming voor de Visdief en/of de Noordse Stern, welke doorgaans niet uit elkaar gehouden zullen worden [Dijksen 1992]. Ookwel Middelster [Dijksen] en Middelstar [B&TS 1995 p.132].

Het eerste element duidt erop dat de Texelaars ook de Kleinstoar (=Dwergstern) en de Gróótstoar (=Grote Stern) kenden/ kennen. Visdief en Noordse Stern nemen qua grootte tussen deze een middenpositie in. Het tweede element is een variant van het woord Stern. Hierin zijn de onmiddellijke opvolgende r en n kennelijk moeilijk uit te spreken, want allerlei 'vergemakkelijkingen' treden op, zoals Steren (Groningen), Sten of Stan (Terschelling; Zwart 1985), Steen of Stên (Ameland en Schiermonnikoog; De Vries 1912) (vgl. Meen sub Mearn), of Ker, zoals op Helgoland.

< >