Gepubliceerd op 14-03-2021

Toonstelsel

betekenis & definitie

omvat het tonenmateriaal en al zijn hulpmiddelen als zoodanig waarvan de toonkunstenaar (’t zij componist of uitvoerder) zich bedient. Ons hedendaagsch T. heeft zich gaandeweg door de practijk ontwikkeld uit de Grieksche toonkunst, die later in de kerktoonaarden werd voortgezet.

Het oudste T. kende slechts vijf toontrappen (het octaaf van vijf tonen), geen halve tonen, maar met gapingen (a—c d e—g). Ons T., evenals het moderne Chineesche en Indische, omvat den afstand van 12 halve tonen in het octaaf (zie Toonladder). Verder behoort tot het T. het notenschrift (zie ald.), compositieleer (harmonie, contrapunct, vormleer enz. enz.), doch alleen in de beteekenis van hulpmiddelen om zich vaardigheid (techniek) te verwerven, ten einde zich van het toonmateriaal in zijn vollen omvang te bedienen.

< >