deensch dramatisch dichter, geb. 1798 te Christianshafen; in 1823 tot hoftooneelspeler benoemd, werd hij in 1842 op zijn verzoek met pensioen ontslagen om zich geheel aan de dramatische dichtkunst te wijden. Reeds in 1826 was zijn eerste oorspronkelijk drama, Farms Dage, opgevoerd.
Hij was een der vruchtbaarste deensche dramatici van zijn tijd. Zelf heeft hij' zijn stukken herzien uitgegeven in Comedier (6 dln., 1851—53). Ook schreef hij eenige teksten voor opera’s, vele gedichten en opstellen in tijdschriften, alsmede onderscheidene werken over de theorie en geschiedenis der tooneelkunst, o. a. Folketheatret (1846) en Den danslce Skueplads (5 dln., 1854—64, supplem. 1865). Van 1849'—58 was hij eerste regisseur bij het hoftheater. Hij overl. 7 Nov. 1873 te Kopenhagen.