bekend als ijveraar voor de onthouding van sterken drank, in 1790 te Thomastown in Ierland geboren, trad in 1808 in de orde der Capucijnen en werd in 1814 te Dublin tot priester gewijd. In een der armste streken van Z.-Ierland als zielverzorger werkzaam, leerde hij de gevolgen van het misbruik van sterken drank kennen en richtte toen een vereeniging op, wier leden de gelofte aflegden om zich van alle sterke dranken te onthouden.
In 1833 begon hij voordrachten hierover te houden, trok als apostel der afschaffing Ierland en Engeland door en begaf zich met hetzelfde doel naar Amerika. Overal werd hij met geestdrift begroet en honderdduizenden traden tot de vereeniging toe. M., die zijn vermogen aan de zaak der geheelonthouding had opgeofferd, kreeg van de britsche regeering een pensioen van 300 pd. st. en overleed in 1856 te Queenstown. In 1864 werd te Cork een standbeeld voor hem opgericht.
