Gepubliceerd op 17-02-2021

Sven hedin

betekenis & definitie

zweedsch reiziger, geb. 19 Febr. 1885 te Stokholm, studeerde aldaar en te Upsala, Berlijn en Halle in de philosophie, bereisde 1885—86 Perzië, Mesopotarnië en Kaukasië, in 1890 als lid van het zweedsche gezantschap andermaal Perzië, in 1891 Chorassan, Turkestan, Buchara, Samarkand, Kasjgar en Transkaspië, 1894—97 Turkestan, Pamir, Oost-Turkestan, noordelijk Tibet, Ala-sjan, Kan-soe, Ordos en Sjan-si tot aan Peking. Voor deze laatste reis kende de Berliner Gesellschaft für Erdkunde hem in 1897 de Karl-Ritter-medaille toe. 1899—1901 deed hij van Kasjgar uit een nieuwe reis door Midden-Azië, op welke hij in de woestijn Takla-Makan doordrong, de Tarim afvoer, de streken van het vroegere en tegenwoordige Lopnor doorvorschte, noordelijk Tibet bereisde en ten slotte dwars door Tibet naar Kasjmir ging.

Behalve een reeks verhandelingen schreef hij: Door Perzië, Kaukasië en Mesopotamië (zweedsch, Stokh. 1887), Generaal Prsjewalskifs ontdekkingsreizen in Midden-Azië (zweedsch 1891), Door Ohorassan en Turkestan (zweedsch 1892), Through Asia (engelsch, 2 dln., Lond. 1898, in het duitsch verschenen onder den titel „Durch Asiens Wüsten”, Leipz. 1899), Die geogr.wissenschaftlichen Ergeönisse meiner Beisen in Centralasien (1894—97, bijlage no. 131 van „Petermanns Mitteilungen”, Gotha 1900).

< >