(Don, hertog van) portug. staatsman, in 1786 te Turijn geb., woonde als gevolmachtigde van Portugal de congressen te Weenen (1814) en te Parijs (1815) bij. In 1853 tot minister v. buitenlandsche zaken en president van het ministerie benoemd, moest de Junta onder zijn presidium, op bevel van den koning, een constitutie ontwerpen, die wegens hare vrijzinnigheid ter zijde gelegd werd.
Dom Miguel liet hem in 1824 gevangen nemen, maar Johan VI stelde hem weder in vrijheid en droeg hem het ministerie van buitenl. zaken op. Na den dood van Johan VI vluchtte hij naar Engeland. Keizer dom Pedro, de vader en voogd van de koningin donna Maria da Gloria stelde hem daar als gezant aan, plaatste hem in 1830 aan het hoofd van het regentschap op Terceira en zond hem in 1832 op nieuw als. gezant naar Londen. Na den dood van dom Pedro stelde hij een nieuw kabinet samen, maar moest tengevolge der revolutie in 1836 nog eenmaal in Engeland een schuilplaats zoeken. Na den val van het ministerie Cabral in 1846 trad P. weder als president van het kabinet op. Hij overleed in 1850.
