joodsch philosoof, geb. 6 Febr. 1729 te Dessau, kreeg, trots de geringe middelen zijner ouders, een uitnemende opvoeding, en werd door veel lezen en vooral door het werk van Maimonides, Wegwijzer voor verdwaalden, vroeg tot onderzoek en een vrijzinnige denkwijze aangespoord. Nadat hij zich door te groote inspanning een zenuwziekte had op den hals gehaald, die zijn lichaam misvormde en zijn gezondheid voor altijd verzwakte, begaf M. zich in 1743 naar Berlijn, waar hij verscheidene jaren met gebrek te worstelen had.
M. sloot hier vriendschap met Israël Moses, die een diepzinnig denker en een groot wiskundige was. Van twee geleerde geloofsgenooten kreeg hij onderricht in het latijn en in de nieuwere letterkunde. Eindelijk verbeterden ook zijn stoffelijke omstandigheden, toen hij als huisonderwijzer bij den rijken zijdefabrikant Bernhard kwam, die hem in 1754 als boekhouder aanstelde. Met Lessing geraakte hij door het schaakspel in kennis, en weldra was er tusschen beide mannen een warme vriendschap tot stand gekomen. Te zamen gaven zij in 1755 het anonieme geschrift Fope ein Metaphysiker uit. In hetzelfde jaar verscheen nog de eerste uitgave van M.’s brieven Ueber die Empfindungen, waarop in 1756 de vertaling volgde van Rousseau’s verhandeling over de ongelijkheid onder de menschen. M. stelde zich ook omstreeks dezen tijd met Abbt en Nicolai in betrekking, waardoor hij een ijverig medewerker werd aan de voornaamste duitsche tijdschriften. Hij behaalde den prijs voor de in 1763 door de Berlijnsche academie uitgeschreven vraag: TJeber die Evidenz der metaphysischen Wissenschaften. Door de uitgaaf van zijn Fhadon, oder iiber die Unsterblichkeit der Seele (Berl. 1767), een geschrift, dat vele uitgaven beleefde, maakte hij zich wereldberoemd. De denkbeelden, door M. in zijn Jerusalem oder über religiöse Macht und Judenthum (1783) nedergelegd, werden meestal verkeerd opgevat, omdat zij diep gewortelde vooroordeelen van zijn geloofsgenooten aantastten. In de Morgenstunden (1785) gaf hij de grondtrekken van zijn philosophisch systeem. Zijn laatste krachten wendde hij aan, om in het geschrift Moses M. an die Freunde Lessings zijn overleden vriend vrij te spreken van de beschuldiging, door F. H. Jacoby tegen dezen ingebracht, als zou hij een Spinozist geweest zijn. Kort daarop stierf hij in 1786. De volledigste uitgave zijner Gesammelte Schriften bezorgde zijn kleinzoon G. B. Mendelssohn (7 dln., Leipz. 1843—45).