Gepubliceerd op 18-03-2021

Karl rosenkranz

betekenis & definitie

duitsch philosoof en literatuurhistoricus, geb. 23 April 1805 te Maagdenburg, werd 1831 buitengew. hoogl. te Halle, 1833 gewoon hoogleeraar te Koningsbergen, waar hij 14 Juni 1879 overleed. R. legde zich vooral toe op de invoering van de idee van het hegeliaansch systeem op ieder gebied van geschiedenis en leven.

Van zijn talrijke werken noemen wij: Handbuch einer allgem. Geschichte der Poesie (3 dln., 1832—33), Encyklopädie der theo1. Wissenschaften (1831), Kritische Erläuterungen des Hegelschen Systems (1840), Studien (5 dln., 1839—47); voorts: Aesthetik des Hässlichen (1853), Wissenschaft der logischen Idee (2 dln., 1858—59). Met F. W. Schubert bezorgde hij' een uitgave der werken van Kant (12 dln., 1838—42), waarvan het laatste dl. een door hem geschreven Geschichte der Kant sehen Philosophie bevat; ook gaf hij Hegels Leben uit als supplem. bij diens werken (1844).

< >