Gepubliceerd op 18-03-2021

Jan rijken

betekenis & definitie

nederl. musicus, geb. te Rotterdam 1857, leerling van de Rotterd. muziekschool. Gernsheim, Sikemeier, Th.

Veriiey, S. de Lange; later leerling Conserv. te Brussel. Pianist en dirigent, was directeur van verschillende zangverenigingen. Sinds 1880 van Gemengd en Mannenkoor te Deventer. 1882 benoemd tot leeraar aan de muziekschool, sinds 1899 directeur der school; componeerde de opera’s Nor ma (1899 Rotterdam), Der Falsche Czar (tekst van Paul Haase), verder Pergolese cantate voor soli, koor en orchest, (bekroond door de Ned. Toonk. Ver.), verschillende orchestwerken en liederen.

< >