(Gerardus) geb. 1857 te Fer- werd, promoveerde te Leiden tot doctor in de staatswetenschap, in 1880, op proefschrift Karakter en methode der Staatshuishoudkunde, en aan de universiteit te Freiburg i. B. tot doctor in de wijsbegeerte; is sedert 1890 hoogleeraar in geschiedenis der wijsbegeerte, logica, metaphysica en zielkunde aan de universiteit te Groningen.
Voornaamste werken: Kritische geschiedenis van hel causaliteitsbegrip in de nieuwere wijsbegeerte (1890), Die Gesetze und Elemente des wissenschaftlichen Denkens (1890—94).Heyne, (Christian Gottlob) duitsch oudheid- vorscher, geb. 25 Sept. 1729 te Chemnitz, werd 1763 hoogleeraar in de welsprekendheid te Göttingen, in 1764 bovendien universiteitsbibliothecaris aldaar, en overl. 14 Juli 1812. H. heeft het eerst den grond gelegd voor een wetenschappelijke behandeling der grieksche mythologie, en de resultaten zijner onderzoekingen op het gebied van de politieke en de kultuurgeschiedenis der oudheid hebben een helderder inzicht helpen openen in den historischen gang en in den organischen groei der antieke beschavingen en maatschappijvormen, ze tentoongesteld in haar gestadige wording, verwording, vervorming en vervanging, en ze zoodoende organisch leeren opvatten. Hij gaf vele klassieken in het licht.