Gepubliceerd op 23-02-2021

Erik lindeman van lindsköld

betekenis & definitie

(graaf) zweedsch staatsman, geb. te Skeninges 1634, overl. te Stockholm 1690, was secretaris van Legatie bij het poolsche hof, werd na de troonsbeklimming van Karel XI, als raadssecretaris de meest vermogende minister en speelde een hoofdrol bij de parlementsbesluiten van 1680 en ’82, waarbij den koning schier onbeperkte macht werd verleend. Als maarschalk van den rijksdag (1686) deed hij den befaamden maatregel van de reductie der goederen van den adel aannemen en werd daarna voorzitter van de wetgevende commissie.

In 1669 verhief Karel XI hem in den adelstand met den titel van graaf van Lindsköld, an werd hij benoemd tot kanselier van de hoogeschool te Lund en gouverneur v/d kroonprins, den lateren koning Karel XII (1688).

< >