afgeleid van het oudduitsche Mare, paard, en Schalk, dienaar, duidde in oude tijden iemand aan die het opzicht over een aantal paarden had. Later kreeg dit woord, vooral in Frankrijk, een meer militaire beteekenis; het werd de titel van den adjudant of den chef van den staf van den connétable, die, als men te velde trok, den titel van „maréchal de-champ” of „de champ (Carnpi ductor)” kreeg.
Langzamerhand vermeerderde het aanzien van den M. en zijn betrekking werd eindelijk de hoogste militaire waardigheid van een leger.