Gepubliceerd op 20-01-2021

Cuzco

betekenis & definitie

1) Departamento van Peru, wordt ten n. begrensd door Huanuco en Loreto, ten o. door Bolivia, ten z. door Puno en Arequipa, ten w. door Ayacucho, Apurimac en Junin, heeft een oppervlakte van 40936 km2 en telt omstreeks 245,000 inw. In het westelijk deel van dit dept vereenigen zich de beide Cordilleras van Peru tot een geweldigen bergknoop, met uitgestrekte, door diepe kloven doorsneden hoogvlakten en verre de grenzen der eeuwige sneeuw overschrijdende bergtoppen; het oostelijk deel is een onbewoond oerwoudgebied, aangeduid met den bijzonderen naam van La Montana; de hoofdrivieren zijn de Apurimac en de hier uit de vereeniging van de Urubamba met de Paucartambo ontstaande Quillabamba; klimaat en plantengroei leveren groote verscheidenheid op; de bodem bevat zilver, koper en lood, welke delfstoffen echter nog slechts op kleine schaal worden ontgonnen; landbouw en veeteelt vormen de hoofdmiddelen van bestaan.

2) Cuzco, hoofdstad van het gelijknamig departamento, onder 13° 31’ Z Br, 3467 m. boven zeespiegel, in een hoogdal, 650 km. z.o. van Lima, is een der schoonste steden van Peru, heeft een 20-tal kerken, waaronder de kathedraal (gebouwd 1572—1654), en de in 1532 in de plaats van een ouden zonnetempel gebouwde Santo Domingokerk, verder een fraai stadhuis, een munt, en 30,000 inw.; industrie van allerlei aard; de stad heefteen in 1692 gestichte universiteit, een bisschoppelijk seminarie voor theologie, wiskunde en rechtswetenschappen, een museum, enz. De stad werd gesticht op de puinhoopen van de tusschen 1021 en 1050 onder Manco Capac verrezen en in 1543 door Pizarro veroverde hoofdstad van het rijk der Inkas, en bezit nog vele overblijfselen uit den tijd der Inkas, als paleizen, vestingwerken, enz.

< >