schilder, geb. 1689 te .Heidelberg, verloor als jong kind zijn vader, den beeldhouwer en bouwmeester Johann N., en vond te Arnhem, waar zijn moeder zich gevestigd had, een beschermer in dokter Tulle-kens en ontwikkelde zich onder Koster te Utrecht en Gerard Terburg te Deventer tot een voortreffelijk genreschilder; hij vestigde zich na de voltooiing zijner studiën te ’s Gravenhage, kreeg hier in ruime mate bestellingen en overl. er in 1684. Hij schilderde meest tafereelen uit het leven van den deftigen stand, verder portretten van vorsten, diplomaten enz.
Van zijn 9 kinderen hebben twee eveneens naam gemaakt als schilder, n.l. Theodoor N., -de oudste, 1661—1732, (meest portretten', en Constantijn N., 1670—1722, (portretten en .genre werken).
