m.,
1. slag met de hand of met een hamer, waarmee een koop gesloten wordt;
2. toewijzing op een veiling: de inzet en de toeslag; directe betaling kan eventueel na elke toeslag worden gevorderd;
3. (oneig.) toestemming, instemming, bewilliging: zo een stout verzoek uw toeslag hopen dorst (Staring);
4. bedrag dat ingevolge bijzondere bepalingen aan een koopsom, een salaris, pensioen enz. toegevoegd wordt; bijslag, toelage: hij kreeg een toeslag op zijn traktement; toeslag moeten betalen, een zeker bedrag boven de prijs van het spoorkaartje moeten betalen, t.w. op D-treinen of indien men wil reizen in een hogere klasse dan op liet spoorkaartje is vermeld;
5. (scheik.) stof die bij een andere stof of een mengsel gevoegd wordt om een bepaalde reactie teweeg te brengen: toeslag bij ijzererts, toevoegsels als kalk, klei, leem, kwarts enz. om de vorming van slakken te bevorderen; bindmiddel aan een kalkmortel toegevoegd om die (inz. onder water) te doen verstenen.