Q. SEPTI'MIUS FLORENS —, kerkvader (± 160—220 n.
C.), geb. te Carthago. Bekende geschr. o.a. Apologe'ticum, waarin hij de beschuldigingen tegen de Christenen, dat zij de keizer verachten en dus de staat vijandig gezind zijn, weerlegt, en De pallio, waarin hij uitvaart tegen de opschik en de wereldse dracht van voorname Christinnen.